(Interne) Begeleiding

Bij elke stage of afstudeerwerk hoort begeleiding door een medewerker van de sectie. Bij externe opdrachten is er ook externe begeleiding.

Als regel geldt dat je een minimale zelfstandigheid aan de dag moet leggen, zodat de begeleidingstijd beperkt kan blijven. Zeker bij externe opdrachten is het contact tussen student en interne begeleider niet zeer frequent.

De stage en het afstudeerwerk is een onderdeel van je opleiding. Je begeleider zal je bijstaan bij de keuzes van methoden en technieken en de correcte toepassing ervan, en zal ook je werkzaamheden beoordelen. Vooral bij een externe opdracht wordt het belang van de interne begeleiding nogal eens onderschat, zeker wanneer de meningen van de opdrachtgever en de interne begeleider verdeeld zijn.

Enkele weken na de aanvang lever je een eigen uitgewerkte opdrachtformulering en tijdplanning in, die door alle partijen aanvaard moet worden. De tijdplanning dient realistisch te worden opgesteld; ze kan worden gebruikt om de student te wijzen op het oplopen van achterstand op dit schema.

Vanaf die datum begint het regelmatig overleg tussen student en interne begeleider. Bij een interne opdracht is dit contact meestal wekelijks, bij een externe opdracht twee- tot driewekelijks. Zowel de inhoud van het werk als de voortgang komen bij die besprekingen aan bod.

Bij een afstudeerwerk hou je halverwege de afstudeerperiode een tussentijdse voordracht: het tussencolloquium, meestal bij de opdrachtgever, en in het bijzijn van de afstudeerdocent en de begeleider. Deze voordracht is vooral bedoeld om met alle betrokkenen de voortgang van het project te kunnen evalueren.

Naar het einde van de stage of afstudeerperiode toe is het contact met je begeleider(s) intensiever, om de concepten van het stage- of afstudeerverslag te bespreken. De begeleiders zijn mede verantwoordelijk voor de inhoud van het verslag, maar zijn geen taalcorrectoren.

Begeleiders hebben tijd nodig om verslagen te bestuderen. Zij hebben doorgaans nog andere taken naast jouw begeleiding. Als je achterstand hebt op je tijdsplanning dan kun je die niet inhalen door te beknibbelen op de tijd die je begeleiders krijgen om conceptverslagen na te kijken. Je moet rekening houden met een periode van minstens twee weken tussen het inleveren van een definitief verslag en een beoordeling (wat bij een afstudereerwerk gepaard gaat met de afstudeervoordracht).